Inspiratie

NU
Als ik mijn liefste woorden mocht kiezen, zou het woord  ‘nu’ daar zeker bij zijn. Zoals in zovele gevallen, vat het een fantastisch gebeuren in slechts twee letters. Minder kan het niet. Nu is duidelijk. Men heeft daar geen veertien lettergrepen voor nodig. Toch is het niet eenvoudig het kleine woord te begrijpen, te doorvoelen te weten wat het is. Wie het nu beleeft met hart en ziel, en met open ogen, heeft begrepen wat het leven is. Ik heb er lang over gedaan. Te lang misschien. Maar ‘nu’ begin ik ‘nu’ te begrijpen, en daarom is het nu nog niet te laat. Je kunt per dag maar één dag leven, per uur maar één uur, per minuut maar één minuut, als je dat onderkent is het ‘nu’ van moment tot moment een geschenk.
Toon Hermans uit ‘Overdrijvende Wolkenvelden’, 1999

 

My favourite day-Winnie the Pooh Quote-Quote of the day-Winnie the Pooh and Piglet-Posted-on-Holly-Main-Comic-and-Illustration-Blog

 

Als iemand mij nou maar
Als iemand mij nou maar
had opgeraapt
en in zijn zak gestopt
en daar gelaten had,
dat af en toe een hand mij vond,
voelde hoe zacht ik was
en dan weer losliet.
Of op de vensterbank gelegd,
op ’t nachtkastje,
in een rommeldoos.
De keukenla!
Ik heb nog nooit een reis gemaakt,
ik moest zo nodig wortel schieten.
Als iemand mij nou maar had opgeraapt,
er was niets aan de hand geweest,
ik was kastanjebruin geweest,
ik had geglansd, geglansd,
wat later was ik wat gaan rimpelen,
en dan, nou ja, maar nu,
nu moet ik onvrijwillig transformeren
en niet zo’n beetje ook.
En steeds als ik zo ongeveer
gewend ben aan mijn nieuwe vorm,
steeds als ik zo min of meer
geaccepteerd heb
dat ik ben zoals ik ben,
dan ben ik alweer anders.
En als het nu zo was dat ik gekozen had
om zo te zijn, dat ik het wilde:
steeds een ring erbij,
zoveel soortgenoten aan mijn takken
in hun veilig stekelhuis,
zo anders dan ikzelf,
maar wat weet ik het nog goed.

Ik heb het opgegeven
te zijn zoals ik ben.
Ik groei maar mee
met wie ik worden zal.
Af en toe hoor ik
Dat iemand zegt
Hoe mooi ik ben.
In mijn schaduw
gebeuren dingen
die de moeite waard zijn.

Tjitske Jansen. uit: ‘Het moest maar eens gaan sneeuwen’, 2003.